Tuesday, November 27, 2007

Ochtenddauw

Zie,
kijk hier
en denk: kijk daar!
bruine krullen in de regen
plastiekzak op haar zadel
een rode neus
een beetje erg verlegen

Zie mij,
kijk
een dikke jas,
twee laarsjes en een muts
Kijk goed, of nee,
kijk maar wat beter,
wacht niet tot ik 't verpruts

En zie mij graag dan, zie me graag.
graag, zoals in: dat mag wel nog een keertje,
Dat mag wel nog een keer, dat zien.
dat mag wel nog een keertje
of een keertje of tien.

Friday, November 23, 2007

Ontrafeld

Ik had er vrienden die mij niet verstonden en ik hen nog minder.
Zij verstonden mij dan wel niet, maar waren zo warm en zo open dat het surreëel leek. Waarom houden van - als je niet weet wie het eigenlijk is waar je van houdt?
Weten.
Daarin schuilt het.

Toch mocht ik bij hen eten, blijven slapen, mee gaan dansen, naar hun huis. Ja, mogen. Zou jij een volslagen vreemde bij je thuis uitnodigen?
Kreeg ik zomaar-omdat-cadeautjes. En altijd wisten ze er wel een gekke draai aan te geven. Dan was ik de eerste die hun appartement in het nieuwe jaar binnentrad. Dan weer was de sint in mijn land gekomen - en hoe raar het ook mag lijken dat zij juist in dat land de sint niet kenden, toch werden mijn sokken volgepropt met mandarijnen en was de brief die we met veel gebarentaal samen schreven de volgende ochtend verdwenen.
Dan weer was ik de knapste van de dag. Of had ik het meeste verdriet. Of was ik de grootste stresskip van de week. Hoe dan ook, al die zorgen moest je te lijf gaan met etentjes, pannekoeken, zonneschijn en gebrande olie.
Ik geraakte niet verder dan 'simpáticas' en 'gracias' en 'haha' en 'wow'.
Wist opeens niet meer wie ik was.
En ik verstond het niet! Ik verstond het echt niet.
Ik zág het ook niet!
Tweestrijd in mijn hoofd - dat het maar een spel was, dat de echte reden waarom ik graag werd gezien zich ergens buiten mezelf moest bevinden - nog niet in het minst gesitueerd zou zijn in zij-die-de-grote-muze-is-van het wouldbevriendje en zóveel hoger stond dan ik.
Dat zij degene was waar iedereen progressief naartoe moest streven,
en ik degene was die onderweg naar die top werd meegesleurd.
Dat dacht ik allemaal écht. En ik begrijp de 'mezelf' van toen soms niet goed.

Toen de laatste knuffels waren uitgewisseld, de bus op ons stond te wachten, vroeg ik hen waarom zij dat deden, en vooral: hoe zij dat konden - iemand waarmee je niet praten kan toch zo graag zien.
En toen zeiden ze mij, dat het niet zozeer uitmaakte of ik nu wel dan niet hun taal verstond. Dat ik gewoon uitstraal wie ik ben, en daar geen woorden voor nodig zijn. Dat ik nog zo neerslachtig mocht zijn, nog zo'n zaag mocht spannen, nog zo'n muurbloempje op melancholische dagen kon zijn, dat dat allemaal niet uitmaakte...
Want vanaf het moment dat zij me zagen wisten ze: tenía la aura.
Ik straalde uit wie ik ben. Gelijk hoe. Ik was wie ik was en wat ik was, was goed.

Ik zag het te laat, was al lang terug hier.
Vraag mij nu al dagen af waarom dat hier niet kan. Waarom ik weer verzeild ben in wat ik toen zei hier te veranderen. Waarom ik vanavond weer naar hetzelfde café ga met dezelfde mensen. Mensen die ik al zo lang ken. En dat soms eens een beetje teveel deja-vu is.
Waarom weer geen coupe de folle:
mensen zes maanden van je leven ten volle kennen,
met alle vreugdjes en verdrietjes er bovenop.
En dan, op zijn top, weg gaan. Weg móeten.
...better to burn out than to fade away..

Maar echt,
ik mis hen zo.

Wednesday, November 21, 2007

metaforisch joggen

Vertragen. de snelheid van de seizoenen proberen vatten. Stiller staan. en de wereld rondom opnemen. Trager gaan. zo gaat het beter. Inhaleren. mos en rot. Bewust worden. de conjunctuur van het leven. Uitademen. en alles gaat verder. Inzien. dat Rome ook niet op één dag werd gebouwd. En doorgaan. zonstralen vastgrijpen en loslaten. En blijven lopen.

Tuesday, November 20, 2007

..dan gaat er iets gebeuren

Wanneer ik drie keer met mijn trappers
tussen de twee lijnen van de betonnen fietspadenplaten
naar beneden draai
dan ga ik mijn trein nog halen.

Als die man zich omdraait,
en een dikke zwarte snor blijkt te hebben,
dan ga ik ziek worden van de tomaten die ik wil kopen.

Wanneer het licht op groen springt,
nog voor ik aan het bushokje ben,
dan ga ik vanavond een onverwachte e-mail krijgen.

Als ik de radio openzet
en Mika in het daaropvolgende uur 'Love Today' zingt,
genoeg om mijn stem de hele dag dat refreintje te laten herhalen
dan kom ik vandaag nog de liefde van mijn leven tegen.

Wanneer de straatlichten aanspringen,
nog voor ik ben waar ik moet zijn,
dan ga ik voor een gesloten deur staan.

Als de treinconducteur niet komt,
en er niemand naast mij in de trein komt zitten,
en ik niemand ken op het perron,
dan gaat mijn fiets gegarandeerd gestolen zijn.

Als mijn tenen 's ochtends koud hebben,
dan zal het zeker de hele dag non-stop regenen
en ga ik vlak voor ik wegmoet
zeker die paraplu niet vinden.

Vaak gewoon leuk om je kortbije toekomst te laten afhangen van
maar-en en als-en,
Want het klopt toch meestal niet.
Misschien omdat het negatieve self-fulfilling prophecy is,
en er iets enkel mijn positieve self-fulfilling wil laten uitkomen.

Dan moet ik misschien maar gaan denken aan het omgekeerde.

Monday, November 19, 2007

Sofia's vogels

Het gaat regenen. Laat die heldere hemel u niet meer bedotten. Spoedt u naar huis en doe uw deuren en ramen toe. Luister naar de wind als ze kraakt en kreunt. Rep u, want we zijn al dagen te laat om de lente nog in te halen.

Saturday, November 17, 2007

zietdataan

Allicht! 't is koud buiten! En doet uw handschoenen maar aan. Die met die streepkes!

Allraaaaidie, dacht ik zo, dat wordt leuk. Een fietstochtje? Een wandeltochtje?

En ze duwde mij een snoeischaar in mijn hand: bloemstukjes maken! Herfstlandschappen op 2 kubieke decimeter.
Ik stak het puntje van mijn tong uit mijn mond, likte mijn lippen nat, en koos er zorgvuldig al dan niet uitgebloeide bloemen uit, eeuwig groene en verkleurende bladeren, zaadjes en oranje lampionnekes, en prikte dat alles genadeloos op 't groene schuim.

Wat een creaties, wat een pracht!

Ik heb mijn roeping gemist.

Monday, November 5, 2007

granaatappel

Het is toch niet normaal dat het nu nog maar half vier is, en de donkerte reeds gluiperig door mijn raam naar binnen kruipt? En het is toch ook niet normaal dat de koude die zich vannacht een weg wist te banen onder mijn beddegoed nog steeds geen uitweg uit mijn lijf gevonden heeft, en zich daarom maar opstapelt in mijn tenen en het topje van mijn neus?
Vanochtend hup de fiets opgesprongen en koude zwetend en bleek rond mijn neus de trein uit zat?
Dit gezegd zijnde, lijkt het helemaal nog niet zo lang geleden dat het zomer was. En ik buiten onder de parasol van mijn vers fruitsapje nipte. Het is al vijf november, zag ik daarnet. Dat is al bijna Sinterklaas! En bijna mijn verjaardag (which ik eigenlijk liever niet zie komen, omdat zo'n getal met twee dezelfde cijfers erin best wel verschieten is). En bijna examens. En deadlines. En bijna kerstdag, en oudejaarsavond, en, en, Nieuwjaar!
Hoe komt het toch dat weken en dagen zo rap voorbij gaan als je er geen aandacht aan schenkt. En omgekeerd, wanneer je het wel doet, de tijd zo traag gaat.
de snelheid van de vreugde en de traagheid der verveling...